Monetaire conjunctie begint in 3…2…1….
13 juni 2018
Wellicht heeft u het niet door – en ik geef u geen ongelijk – maar vandaag begint een bijzonder monetair fenomeen. Net zoals de planeten die om de Zon draaien zich doorgaans op verschillende plek aan de hemel bevinden, zo vinden de vergaderingen van de monetaire ridders in de wereld op verschillende dagen plaats en zijn ze keurig verspreid door het jaar heen. Het komt echter ook sporadisch voor dat meerdere planeten tegelijk in één stuk van de hemel te zien zijn. Astronomen hebben het dan over een conjunctie. Zo’n monetaire conjunctie vindt deze week plaats. Vandaag, 13 juni, maakt de Amerikaanse Fed bekend wat de monetaire beraadslagingen opgeleverd hebben. Op 14 juni komt het bestuur van de Europese Centrale Bank (ECB) bij elkaar, gevolgd door de Japanse monetaire samoerai op 15 juni. Na het weekeinde treffen vervolgens de Britse én Zwitserse monetaire ridders elkaar, op 21 juni. Toegegeven, het is niet zo zeldzaam als, zeg, dat álle planeten op één lijn zitten (dat gebeurt elke 3415 jaar) maar bijzonder is het wel dat de rentecomités van de drie van de vier belangrijkste centrale banken ter wereld vergaderen op drie achtereenvolgende dagen.
Met betrekking tot de Fed verwacht de markt dat bank de officiële rente zal opkrikken met 25 basispunten én meer licht zal laten schijnen op de vraag hoeveel renteverhogingen er nog in het vat zitten voor de rest van het jaar. Dat laatste is waar de markt naar uit kijkt. Worden het nog twee renteverhogingen na die van volgende week of toch nog maar één?
De ECB zal de nieuwe ramingen over inflatie en economische groei publiceren. Elke afwijking kan de markt ertoe aanzetten de verwachtingen over hoe snel quantitative easing afgebouwd gaat worden en wanneer de ECB de officiële rente zal verhogen, aan te passen. Met de onlangs hogere inflatie uit Duitsland, de gestegen olieprijs en een zwakkere euro – beide laatste factoren stuwen de inflatie in de eurozone na een tijdje omhoog – zou het zomaar kunnen gebeuren dat die verwachtingen aangepast worden. Veel zal ook afhangen van de woorden van Mario Draghi tijdens de persconferentie na afloop. Zoals zo vaak kan er vooral beweging optreden in de koers van EUR/USD en de rentes van de eurolanden.
EUR/USD is de laatste weken behoorlijk gedaald. De belangrijkste redenen voor die daling waren de vlucht naar veiligheid door de onrust in opkomende markten, onrust in de eurozone naar aanleiding van de politieke perikelen in Italië, vooral de angst dat Italië uit de euro zal treden, sterke economische groei in de VS en tekenen dat de economische groei in de eurozone juist iets vertraagt. Die sterke dollar heeft ertoe bijgedragen dat de goudprijs de laatste tijd per saldo is gedaald. Die bron van neerwaartse druk zou in de rest van dit jaar wel eens kunnen verdwijnen.
Kijkend naar de rest van dit jaar, zou het namelijk niet verbazen als de situatie in opkomende markten niet verslechtert, de vrees dat Italië ciao zegt tegen de euro is weggeëbd, de groei in de VS stabiliseert en die in de eurozone juist de relatief zwakke maanden achter zich laat.
Blijft de groei van de Amerikaanse economie bij dat alles hoger dan in andere ontwikkelde landen, dan kan het tekort op de Amerikaanse lopende rekening verder toenemen, iets wat doorgaans geen goed nieuws is voor de waarde van de dollar. Een groter tekort betekent dat het aanbod van dollars in het buitenland toeneemt. Bij een gelijkblijvende of niet even snel stijgende vraag, gaat de waarde dan omlaag.
Op de kortere termijn zal ik niet verbaasd opkijken als euro sterker wordt tegenover de dollar als de ECB concreter wordt over hoe snel de bank quantitative easing zal afbouwen later dit jaar. Vallen met name de inflatieramingen voor 2019 en 2020 iets hoger uit dan drie maanden geleden, dan kan dat tot gevolg hebben dat beleggers de eerste renteverhoging door de ECB in jaren eerder gaan verwachten.
Aan de andere kant: we hebben het hier wel over de ECB. Hoewel de bank er geen gewoonte van maakt de markten te verrassen, is een verrassing ook weer niet uitgesloten. Als het bestuur besluit dat de economische stoplichten op oranje staan en daarop besluit quantitative easing niet eind dit jaar maar ergens begin 2019 te stoppen, dan kan dat EUR/USD behoorlijk verder omlaag drukken. Immers, in de wetenschap dat de eerste renteverhoging ‘well after’ het einde van QE zal komen, zou het verder oprekken van QE betekenen dat de eerste renteverhoging ook verder in de toekomst komt te liggen.
Als EUR/USD weer gaat stijgen, zou dat de goudprijs enige wind in de rug geven. Veel stijging is daarbij in mijn ogen op de korte termijn niet waarschijnlijk. Hoe je het ook wendt of keert, grote centrale banken zijn hun beleid aan het verkrappen. Toegegeven, dat gaat langzaam maar de trend is verkrappend. En dat is, ceteris paribus, geen goed nieuws voor de goudprijs.
Richting het einde van dit jaar en in 2019 verwacht ik een verandering van de omgeving voor de goudprijs. Volgende week meer daarover.