En u dacht dat het ECB-beleid nu ruim was?
31 mei 2019
Buiten was het mooi weer. De zon scheen volop in Frankfurt. Binnen, in de zaal waar de jaarlijkse bijeenkomst van economen, analisten en academici die de Europese Centrale Bank (ECB) op de voet volgen plaatsvond, speelden de aanwezige ECB-bestuurders ook mooi weer. Ja, de economische groei is vertraagd en ja, die vertraging duurt langer dan de bank verwachtte, maar het was en is een soft patch, de Engelse term voor een korte periode van minder mooi economisch weer.
En zo’n periode meemaken betekent niet dat een recessie onvermijdelijk volgt, hield Mario Draghi, president van de ECB, zijn gehoor voor. Om dat kracht bij te zetten, greep de ECB-voorman naar de historie. Sinds 1970 maakte de wat tegenwoordig eurozone heet, 50 keer zo’n soft patch periode mee. Slechts vier keer volgde een recessie. En kijk naar 2016, vervolgde hij. Ook toen nam de groei in het euroland af maar de economische activiteit trok vrij snel weer aan.
Wat de euro-economie destijds voor een recessie behoedde, was een sterke binnenlandse economie, aldus Draghi. Het komt er dus, concludeerde de Italiaan, op neer of de binnenlandse economie dat kunstje anno 2019 kan herhalen. Of dat lukt, hangt op zijn beurt af van twee pijlers onder de binnenlandse economie, te weten bedrijfsinvesteringen en consumptie van huishoudens.
De ECB ziet voldoende redenen aan te nemen dat de investeringenpijler niet zal instorten. Wat de consumptieevenknie betreft, daar is de staat van de arbeidsmarkt doorslaggevend. Als de werkloosheid laag is en zakt, nemen de loonstijgingen toe. Tot nu toe draagt die pijler zijn steentje bij. De loonstijgingen overtreffen de inflatie, in de eurozone als geheel, ruimschoots.
Al met al heeft de ECB geen slapeloze nachten maar dat gezegd hebbende: de negatieve risico’s voor de groei zijn volop anawezig en het zou zomaar kunnen dat de groei verder vertraagt.
Met het oog op het te voeren monetaire beleid, verkeert de ECB in een uiterst lastige positie. De bank weet namelijk niet hoe het allemaal verder zal gaan.
Dan kun je verwachten dat het prudente beleid is niets doen. Je kijkt als de centrale bank de situatie even aan en wacht totdat de mist optrekt zodat je wat duidelijker vooruit kunt kijken. Dit zeker omdat het beleid zeer ruim is, dus het is niet bepaald zo dat je zelf de groei afremt.
Alleen zo zit de ECB niet in elkaar. Of zoals Draghi’s bestuurscollega Yves Mersch zei: “we hebben geen optie om niets te doen, we moeten altijd iets doen.”
In de wetenschap dat de ECB niet is van de situatie aankijken, is de one million euro question: wát gaat de bank dan doen?
Na de presentaties en discussies aangeluisterd te hebben, kan daar nauwelijks onduidelijkheid over bestaan: de ECB gaat het beleid verder verruimen. Draghi sloot niet voor niets zijn presentatie af met: “we komen geen instrumenten tekort.”
Het eerste wat de ECB kan – en in mijn ogen later dit jaar zal – doen, is het moment van de eerstvolgende renteverhoging verder voor zich uitschuiven. Eerder dit jaar is dat moment verschoven van herfst 2019 naar ergens in 2020. Ik zal niet verbaasd zijn als de ECB later dit jaar, mochten de macro-economische cijfers erop wijzen dat de soft patch langer za duren c.q. minder soft zal worden, de eerste renteverhoging parkeert ergens in 2021.
Monetair beleid via andere wegen ruimer maken, is een andere optie voor de bank. Dat kan bijvoorbeeld via gunstigere voorwaarden voor banken om vanaf september TLTRO-leningen op te nemen. Peter Praet, hoofdeconoom van de ECB, zei, net als zijn andere aanwezige collega’s overigens, dat de kans op een diepere en langere soft patch zou toenemen als de banken hun kredietverlening zou aanscherpen. “Als je dat ziet gebeuren, dan ben je te laat met ingrijpen” zei de Belg. Ofwel: de ECB komt in actie als de bank gaat vermoeden dat de banken minder kredieten gaan verlenen. Als toezichthouder heeft de ECB bijna real time gegevens daarover, dus de bank kan inderdaad op tijd in actie komen.
Een derde optie is opnieuw obligaties gaat opkopen, ofwel quantitative easing van stal halen.
Mijn conclusie na het bezoek aan Frankfurt is: de ECB ziet de donkere wolken maar gaat ervan uit dat er een opklaring komt. Om zekere voor het onzekere te nemen, blijft de rente nog heel lang op 0 procent liggen. Komt die weersvoorspelling niet uit, dan zal de bank niet schromen andere instrumenten aan te wenden het wolkendek uiteen te doen spatten. Concreet: het is vrijwel zeker dat de korte rentes nog heel lang op 0 of negatief blijven. De langetermijnrentes blijven voorlopig ook laag, totdat er meer duidelijkheid komt over hoe diep en lang de soft patch zal duren. Waait het allemaal vrij snel over, dan zijn stijgende langetermijnrentes te verwachten. Blijft de periode van lagere groei langer aanhouden, dan kunnen die rentes nog enige tijd laag blijven maar uiteindelijk zullen we ook omhoog klimmen, gedragen door mogelijke toenemende angst voor inflatie op termijn door het langdurig ruime beleid maar ook toenemende vraag naar geld door de euro-overheden, om de economie te stimuleren als de fase van lage groei langer blijkt te duren. Als de goudprijs in zo’n omgeving tussen nu en zeg, eind 2021, geen nieuw record weet te vestigen...