Fed: damned if you do, damned if you don’t
5 maart 2021
Jerome Powell sprak eerder deze week op een bijeenkomst over economie en monetair beleid. Op de financiële markten keek men reikhalzend naar uit wat de opperste centrale bankier van de wereld zou zeggen over de stijgende langetermijnrentes in het land. Het toonaangevend tienjaarstarief was geklommen tot bijna 1,5 procent, een vol procentpunt stijging sinds augustus vorig jaar. Dat is nogal fors.
Stijgende rentes
Stijgende rentes stellen beleggers in staat een hoger, veilig rendement te behalen wat op zijn beurt de aandelen minder aantrekkelijk maakt, zéker omdat de laatste tijd nogal wat onzekerheid is over de vraag of de aandelenkoersen die te veel losgeraakt zijn van elke economische realiteit.
Zou Powell erop hinten dat de stijgende langetermijnrentes voor slapeloze nachten bij de bank zorgen, dan zouden die weer zakken en zouden de aandelen navenant aantrekkelijker worden. De Fed-baas zou voor zo’n hint ook een best plausibel verhaal hebben. De Amerikaanse economie staat op het punt te beginnen aan een herstel van de coronarecessie van 2020 en lage groei in de afgelopen maanden. Een behoorlijke rentestijging is dan wel het laatste wat die nodig heeft.
Maar Powell deed dat niet. Hij verraste te markten door er best wel laconiek over te doen. Powell noemde de rentestijging niet storend wat meteen werd opgevat als een teken dat de Fed een verdere stijging geen strobreed in de weg zal leggen. De langetermijnrentes spoten verder omhoog en de aandelenkoersen daalden scherp. Aandelenmarkten houden niet van verrassingen. De goudprijs dook ook omlaag, omdat Powell tevens het inflatiegevaar nihil noemde.
Stel je voor
Stel nou echter dat Powell wél had gezegd dat de oplopende rentes op de Amerikaanse kapitaalmarkt een bron van zorg zijn voor de Fed. Grote kans dat er op de financiële markten ook lichte paniek zou zijn ontstaan. Immers, als de Fed-baas zegt dat een tienjarige rente van 1,5 procent nominaal (nagenoeg 0 procent in reële termen) het herstel van de Amerikaanse economie frustreert, wat zegt dat over de staat van die economie? Niets goeds dunkt me.
Wat Powell behalve een verdere stijging van de rentes ook veroorzaakt heeft, is dat hij de markten heeft uitgedaagd de Fed op de proef te stellen. Hoe ver moet de tienjarige rente klimmen vooraleer de Fed wél slapeloze nachten krijgt en in actie komt. De markten spelen dat spel maar wat te graag.
Het rentecomité van de Fed vergadert op 17 maart. Het zou mij niet verbazen als nog voordat de leden ervan achter de ovale mahonietafel in de Fed-vergaderzaal plaats nemen aan damage control wordt gedaan en in de persconferentie na afloop Powell een heel ander geluid laat horen dan eerder deze week. Door Powell’s laconieke optreden over de ontwikkelingen op met name de rentemarkten, is de kans op nieuwe ingrepen van de Fed groter geworden in mijn ogen.
Waarom het me niet zou verbazen? Ga even mee terug in de tijd. Het is september 2018. Op een vraag wat volgens hem de belangrijkste les is sinds de Amerikaanse zakenbank Lehman Brothers, toen precies tien jaar eerder, omviel, zei Powell “dat de stabiliteit van het financiële systeem belangrijk is.”
Wanneer komt de stabiliteit van het financiële systeem in gevaar? In de huidige omgeving is dat het geval niet alleen wanneer de rentes stijgen maar ook als de aandelenkoersen zakken. Over 2018 gesproken: de Fed was toen bezig met een serie renteverhogingen. Toen de markten door kregen dat de bank daar in 2019 echt mee wilde doorgaan, crashten de aandelenkoersen. Powell maakte een U-bocht die ik zelden eerder gezien had bij een centrale bank. Er ging een streep door de geplande renteverhogingen en de bank ging de officiële rente kortwieken. Het zou me niet verbazen als de Fed deze maand nog weer een U-bocht maakt. Met, zoals gezegd, alle risico’s van dien. Het is een Catch-22 voor de Fed, of, beter, om aansluiting te zoeken bij de Fed-rente: het is een Catch 0,0 voor de bank.
Monetaire wapens zijn opgebruikt
Sinds 2007 hebben de centrale banken hun normale monetaire wapens nagenoeg opgebruikt. De rentes liggen veelal op 0 procent of niet ver daarboven en met quantitative easing is ook nogal wat geld mee gemoeid. In de afgelopen jaren hebben de centrale banken daarom een nieuw instrument voor zichzelf gecreëerd, forward guidance genaamd. Daarbij vertellen centrale bankiers wat hun toekomstige plannen zijn en onder welke voorwaarden die wel of niet uitgevoerd zullen worden. Zo zegt de Fed bijvoorbeeld de rente te gaan verhogen wanneer in de VS maximale werkgelegenheid is bereikt (lees een werkloosheidspercentage van minder dan 4 procent) en de jaarlijkse inflatie structureel op iets meer dan 2 procent is gekomen en daar zou blijven na een wijziging van het monetaire beleid.
Als we inderdaad het punt bereikt hebben waarin wat de centrale bankiers ook doen of zeggen, niet goed valt op de markten, dan is de voordehand liggende conclusie dat dat linguïstische monetaire instrument inmiddels ook aardig is opgeraakt. Wat nu Powell en Co?
Het zou me niet verbazen als het antwoord wordt meer van het bizarre beleid dat gevoerd wordt maar sluit ook nieuwe vormen van dat beleid niet uit. Die stijging van de langetermijnrentes kan de komende tijd zomaar tot stilstand komen en veranderen in een dalende fase. Het vooruitzicht op een nog ruimer en langer ruim monetair beleid en dalende langetermijnrentes, zou zomaar de edelmetalenprijzen kunnen opstuwen.