Hoe één woord van Yellen de grootste volatiliteit in 20 jaar ontketende
20 maart 2015
Afgelopen donderdag publiceerde de Federal Reserve de notulen van de laatste vergadering. Deze notulen zijn een zorgvuldige 'kopiëren/plakken'-oefening. Per keer worden slechts enkele woorden gewijzigd of verwijderd. Deze week was de markt in de ban van één enkel woord. Wat ze niet wisten is dat dit ene woord tot de grootste volatiliteit in 20 jaar op valutamarkten zou leiden, zelfs groter dan tijdens de eurocrisis.
Hoe één woord van Yellen de grootste volatiliteit in 20 jaar ontketende en wat dit voor uw pensioen betekent
Afgelopen donderdag publiceerde de Federal Reserve de notulen van de laatste vergadering. Deze notulen zijn een zorgvuldige 'kopiëren/plakken'-oefening. Per keer worden slechts enkele woorden gewijzigd of verwijderd. Deze week was de markt in de ban van één enkel woord. Heel de markt wachtte in spanning af of dit woord weggehaald zou worden. Wat ze niet wisten is dat dit ene woord tot de grootste volatiliteit in 20 jaar op valutamarkten zou leiden, zelfs groter dan tijdens de eurocrisis.
'Patience' of 'no patience'
Donderdag bleek uit de notulen dat Yellen haar geduld aan het verliezen is. Althans, het woord 'geduld' werd verwijderd uit de tekst. De zin "het bestuur oordeelt dat het geduldig kan zijn met een normalisatie van het monetair beleid" (vrij vertaald) is doorgestreept en in plaats daarvan schreef men dat een "renteverhoging bij de volgende vergadering in april onwaarschijnlijk is". De verwachting is nu dat de Federal Reserve, onder gelijkblijvende omstandigheden, de rente in juni verhoogt.
Sommigen concludeerden gekscherend dat Yellen bedoelde te zeggen dat ze "een geduldig gebrek aan geduld" heeft, of dat "ondanks haar ongeduld ze toch nog erg geduldig is".
Dat ene woord ontketende de grootste volatiliteit in 20 jaar
Dat ene woord had grote gevolgen. Er ontstond een enorme 'short squeeze' in de EUR/USD. Na eerder de 1,04 te hebben bereikt, schoot de EUR/USD kort na de notulen omhoog tot 1,09. Vervolgens stortte de euro weer onverminderd in, naar de 1,05 / 1,06. Laatste stand: de euro wint weer wat aan terrein, en we staan nu weer terug op de 1,08.
Dit zijn intraday-koersfluctuaties van 3 - 4%.
De afgelopen 20 jaar was de EUR/USD nooit zo volatiel. Zelfs niet tijdens de eurocrisis.
De goudkoers volgde grotendeels de valutaschommelingen, maar steeg nog gestaag op vrijdag, evenals zilver.
Ook de volatiliteit op obligatiemarkten neemt toe. Met rentes op een historisch laagtepunt en het oppotten van obligaties door 's werelds centrale banken, lag mijn eerdere voorspelling dat 2015 gekenmerkt zal worden door ongekende volatiliteit op obligatiemarkten voor de hand.
Hoeveel zijn obligaties over vijf jaar waard?
Obligaties worden door velen, inclusief toezichthouders, gezien als een weinig risicovolle belegging. Sterker nog, bij de berekening van het eigen vermogen mogen banken staatsobligaties geheel wegstrepen als 'risicoloze activa'.
Veel mensen hebben er weinig erg in dat obligaties al bijna veertig jaar lang onophoudelijk stijgen. Het is alsof we vergeten zijn dat rentes ook kunnen stijgen in plaats van dalen. De gemiddelde rente op 10-jaars staatspapier (van Nederland, Duitsland, Frankrijk, Engeland en de VS) is de afgelopen 35 jaar gestaag gedaald van 13% nominaal naar zo goed als 0%.
Het mag geen verrassing heten dat vorig jaar Amerikaanse obligatiebeleggers bijvoorbeeld rijkelijk beloond werden. Niet dankzij de nihiele rentevergoeding, maar vanwege de koerswinst boekten zij vorig jaar een rendement van 25% op langlopende Amerikaans staatspapier. Een rendement dat bijna 88% voortkwam uit pure koerswinst.
Nu stelde ik mij deze week de vraag: hoe groot zouden de verliezen voor u en Nederlandse pensioenfondsen zijn als de rente alleen naar het historisch gemiddelde stijgt?
De 10-jarige Nederlandse staatsrente is momenteel ongeveer 0,25%. Dat betekent dat wanneer deze nieuw uitgegeven worden en de rente niet verandert, de koersprijs van de obligatie €100 bedraagt. Nu, de afgelopen jaar 400 jaar bedroeg de gemiddelde rente vier tot vijf procent, maar laten we gemakshalve uitgaan van 4%.
Als de marktrente stijgt naar 4%, dan is die obligatie met een rente van 0,25% nog maar minder dan €70 waard: een verlies van 30%. Als de marktrente stijgt naar het niveau van 1980, toen de Nederlandse staatsrente hoger dan 11% lag, weet u wat dan de koers van de obligatie zou zijn? Slechts €37, oftewel, een koersverlies van 63%, Uiteraard zijn met dergelijke rentes bijna alle overheden in de westerse wereld failliet, want een vrijwillige normalisatie van de rente is uitgesloten met de schuldenlast van onze overheden.
Overigens beweert de Federal Reserve met droge ogen dat zij de komende twee jaar de rente stapsgewijs zullen verhogen richting dat 4%-niveau.
Denkt u nog steeds dat staatsobligaties risicoloos zijn?
Terug naar de middeleeuwen
Uiteraard is de aanstichter van dit alles — de grootste obligatiezeepbel ooit — de interventiedrift van centrale banken.
De verlaging van de rente door centrale banken komt in feite neer op een (gedeeltelijk) verbod op rente, zoals in de middeleeuwen het geval was. Nu was het verbod op rente en rentebetalingen één van de redenen dat de middeleeuwen een tijdperk van armoede was. De Gouden Eeuw begon pas toen de achterhaalde ideeën over rente onder het juk van geloofsovertuiging vandaan kwamen. In de middeleeuwen werd door het renteverbod kapitaalvorming ontmoedigt, terwijl het juist de bron van economische welvaart is.
Nu, anno 2015, zijn we uitgerust met veel meer kapitaal en leven we in veel grotere weelde. Maar het hedendaagse beleid van centrale banken moedigt kapitaalconsumptie aan, wat het vermogen van een economie schaadt om in onze toekomstige behoeften te voorzien en ons armer maakt.
Einde van het grootste monetaire experiment ooit zal lelijk worden
In wat voor wereld leven we als een enkel woord uit de notulen leidt tot de grootste volatiliteit op valutamarkten in 20 jaar?
Centrale banken hebben financiële markten in een houdgreep. De prijzen van aandelen en obligaties hebben steeds minder te maken met de financiële gezondheid van de tegenpartij — bedrijf of overheid — en steeds meer met een elitegroep die vanaf bovenaf meent te kunnen weten wat de rente en geldhoeveelheid moeten zijn. Het idee dat vijftien jaar aan nulrentes en ongekende balansuitbreiding door centrale banken zonder pijn afgewikkeld kunnen worden, is ronduit naief. Er komt een moment dat een of meerdere economische grootmachten in een valutacrisis verwikkeld raken, of dat centrale bankiers en politici bereid zijn de pijnlijke gevolgen van een zesjarige roes te accepteren door zelf de rente te verhogen.
We hebben een goed idee van wat er kan gebeuren wanneer centrale planning en het idee van maakbaarheid van markten en individuen tot een abrupt einde komen. Ook de Berlijnse muur viel immers, toen centrale planning een fiasco bleek in onder andere voormalig Sovjet-landbouwmarkten. Het idee dat geld- en kredietmarkten een uitzondering zijn, is volslagen onjuist. Net zo goed als centrale planning niet werkt in de voedselindustrie, werkt het ook niet in de geldindustrie.
Na jarenlange prijsmanipulatie en verstoringen van vraag en aanbod door centrale banken, stevenen we hard af op een harde afrekening.
Goud, zo merkte een klant van GoldRepublic terecht op, is een verzekering tegen het mismanagement van centrale banken waarvoor we maar een eenmalige premie betalen. En die verzekeringspremie is vooralsnog gering.