Spaarrente nadert 0 procent
12 augustus 2019
ING verlaagt de spaarrente deze week van 0,03 procent naar 0,02 procent. ABN Amro zette die stap vorige maand al en het is te verwachten dat de derde grote Nederlandse bank snel zal volgen. Na een pauze lijkt de weg naar 0 procent spaarrente hervat te zijn, zo niet lager. De topman van ING sloot in een recent interview namelijk niet uit dat de spaarrente voor álle klanten op termijn negatief kan worden. Dit omdat de Europese Centrale Bank (ECB) van plan is de beleidsrentes verder te kortwieken.
Een van de bijeffecten van de dalende spaarrentes van de afgelopen jaren, is dat veel mensen contant geld aanhouden. De gemiste rente-inkomsten, opportunity costs zoals economen dat noemen, zijn immers zo goed als 0.
Stel nu dat dat geld dat nu onder de matras schuilt, ineens uitgegeven zou worden. Daardoor zou de inflatie onverwacht stijgen, wat de centrale banken zoals de ECB slapeloze nachten zou bezorgen en de langetermijnrentes wel eens snel terug naar boven de 0 procentgrens kunnen brengen.
Hoe groot is de kans daarop? En als het gebeurt, is het te verwachten dat de spaarrente mee zou klimmen? Dat zijn belangrijke vragen voor onder meer een inschatting over de vraag naar alternatieven voor sparen, waaronder het kopen van edelmetalen.
Het eerste wat we moeten weten, is om hoeveel geld het überhaupt gaat. Uit de cijfers van de ECB blijkt dat in de eurozone ongeveer 1.200 miljard euro aan contant geld is. Het bankbiljet van 50 euro komt overigens het meest voor en neemt bijna de helft van het genoemde bedrag voor zijn rekening.
De ECB vraagt van tijd tot tijd de inwoners van de eurozone naar, onder meer, of ze en zo ja, hoeveel, contant geld thuis aanhouden. Uit de meest recente editie blijkt dat 24 procent contant geld aanhoudt thuis. Bij het grootste deel, 78 procent in de eurozone en 77 procent in Nederland, gaat het om minder dan 1.000 euro. Één op de tien inwoners van de eurozone zegt thuis meer dan 1.000 te hebben liggen en 2 procent gaf aan meer dan 5.000 euro aan contant geld te hebben. 10 procent weigerde de vraag te beantwoorden.
De ECB schat in dat ongeveer 30 procent van al het contante geld in huizen ligt opgeslagen uit voorzorg. Nog eens één derde van alle euro bankbiljetten zwermt rond in de landen buiten de eurozone overigens.
Houd bij dit alles er rekening mee dat de bovenstaande gegevens de werkelijkheid zeer waarschijnlijk onderschatten. Veel mensen willen niet zeggen of ze thuis geld hebben liggen en hoeveel en als ze zeggen contanten wel in huis te hebben, kan het zo zijn dat ze de hoeveelheid lager rapporteren dan wat ze daadwerkelijk hebben. Dit geldt zeker voor diegenen die grote geldbedragen thuis houden.
Concluderend kunnen we dus zeggen dat er ruwweg tussen 300 en 400 miljard euro thuis onder de spreekwoordelijke matras ligt.
Als de Finnen, Nederlanders, Fransen en anderen dat geld onverwacht onder de matras vandaan zouden halen en naar het dichtstbijzijnde winkelcentrum zouden togen, dan zou dat een inflatie wel eens flink kunnen opkrikken. De kans dat de Europeanen dat zullen doen acht ik, kijkend naar de komende kwartalen, echter zeer klein.